Slecht mobiel bereik op hogere etages is te voorkomen

Slecht mobiel bereik op hogere etages is te voorkomen

Vanaf de negende etage in een kantoorgebouw kunnen organisaties te maken krijgen met een slechte mobiele ontvangst. Dat komt doordat de radiosignalen van de zendmasten van mobiele providers naar beneden gericht zijn. Toch is dit dekkingsprobleem op hogere etages gemakkelijk te verhelpen.

Een goed mobiel bereik binnen het bedrijfspand is vandaag de dag van essentieel belang om een organisatie optimaal te laten functioneren. Zonder bereik lopen organisaties telefoontjes mis en daardoor mogelijk ook klanten en omzet. Dit is niet wenselijk. Overigens leidt een slecht mobiel bereik ook tot een trage mobiele internetverbinding op de smartphones van de medewerkers en bezoekers. Aangezien tachtig procent van het mobiele verkeer in gebouwen plaatsvindt, is het belangrijk om ook daar te zorgen voor een goed bereik.

Slecht bereik boven 25 meter hoogte

In gebouwen hoger dan 25 meter komt slecht mobiel bereik vaker voor. Dat komt omdat de zendmasten van telecomproviders hun radiosignalen vooral richten op de gebruikers op de begane grond. De radiosignalen zenden in de vorm van een paraplu schuin naar beneden: het mobiele netwerk is erop gericht om een goede dekking op straatniveau te realiseren.

Het nadeel hiervan is dat de radiosignalen moeite hebben om op de hoger gelegen verdiepingen een gebouw binnen te dringen. Andersom is het voor een smartphone lastig om vanuit het gebouw een zendmast te bereiken. Een smartphone heeft namelijk een laag zendvermogen en ook de ontvangers op de zendmasten zijn naar beneden gericht. Een neveneffect is dat op deze hoogte meerdere bundels tegelijk met een lage signaalsterkte worden ontvangen. Deze signalen verzwakken elkaar. Dit noemen we ook wel interferentie.

HR++ glas

In de praktijk komt er nog een complexiteit bij. De afgelopen jaren zijn veel bedrijfspanden verduurzaamd met HR++ glas. De isolerende werking van dit glas zorgt weliswaar voor en significantie besparing op de energierekening, maar het heeft ook een belangrijk nadeel: de signalen gaan moeilijker het pand in en uit, waardoor gebruikers een slecht mobiel bereik ervaren. De isolerende laag van het glas versterkt het paraplu-effect. De lagere verdiepingen ervaren door gebruik van HR++ glas ook een slecht mobiel bereik.

Sensoren hebben ook goed mobiel bereik nodig

Een slecht mobiel bereik treft niet alleen gebruikers met een smartphone. Steeds meer organisaties kiezen ervoor om hun bedrijfsgebouw met behulp van sensoren te transformeren naar een smart building. Via het smart building concept zijn organisaties in staat om te besparen op kosten voor energie, schoonmaken en elektriciteit.

De sensoren, die werken via 4G of 5G, doen voortdurend metingen en deze data worden via het mobiele netwerk naar een server verzonden. Op het moment dat een sensor een minder goed mobiel bereik heeft, werkt het smart building concept niet (meer) goed.

Access points

Er bestaat een oplossing waarmee organisaties niet alleen voor de medewerkers op alle verdiepingen, maar ook voor de aanwezige sensoren een goed mobiel bereik realiseren: Binnenbereik. Dit werkt als volgt: via accespoint in de plafonds worden smartphones en alle sensoren via access point rechtstreeks verbonden met de telecomaanbieders. De smartphones en sensoren zijn hierdoor niet meer afhankelijk van de zendmasten buiten het gebouw.

Smartphones en sensoren zijn met BinnenBereik niet meer afhankelijk van de zendmasten buiten het gebouw.”

De access points communiceren via een lokale server en een glasvezelverbinding rechtstreeks met de Nederlandse telecomnetwerken van KPN, T-Mobile en Vodafone. Door deze rechtstreekse verbinding ervaren de medewerkers kraakheldere gesprekken en een snelle downloadsnelheid op hun smartphones.

Bedrijven die een oplossing met access points willen, hoeven bij BinnenBereik geen hoge investeringen te doen. De kosten voor het aanleggen van een mobiel indoornetwerk zijn namelijk voor rekening van BinnenBereik. Gedurende de contractduur betalen organisaties alleen een vast bedrag per jaar voor de dienstverlening. Het indoornetwerk is dus beschikbaar als ‘as a service’.

Het mobiele indoornetwerk bestaat uit een actief systeem en dat betekent dat op afstand alle hardware (acces points en server) op afstand in gaten worden gehouden. Op het moment van uitval of storing zal de hardware zo snel mogelijk worden vervangen. Organisaties hoeven zich dus geen zorgen te maken over het functioneren van het mobiel indoornetwerk.

Dit artikel is gesponsord door BinnenBereik.

De achthoekige torens die werden ontworpen door Aldo Van Eyck, worden overkoepeld door een nieuwe 'landscraper'. Beeld: Ossip van Duivenbode

Binnenkijken bij Tripolis-Park: Waar oud letterlijk wordt omarmd door nieuw

Het Tripolis-Park op de Amsterdamse Zuidas werd vorig jaar opgeleverd door Flow Development. In dit eerbetoon aan een van de laatste werken van architect Aldo van Eyck, bleek een samensmelting met een overkoepelende 'landscraper' de succesformule. 

Beeld: Edwin Muller Photography/Shutterstock

Vopak verbouwt hoofdkantoor (10.000 m2): van 450 naar 250 werkplekken

Begin november begon Vopak aan de verbouwing van hun hoofdkantoor van 10.000 m2. Het nieuwe werkplekconcept moet inspelen op veranderende rol van het kantoor in de werkcultuur. 

foto: Shutterstock

Kantoorruimte omvormen: 'Het kantoor is te groot en daar moeten we iets mee'

Veel organisaties vragen zich af hoe ze met hun vierkante meters en bezettingsgraad om moeten gaan. Tijdens een rondetafelgesprek op het Facto Congres 2024, waren panelleden van ING Nederland, Achmea, LSI Real Estate en TNO het over één ding eens: het kantoor moet veranderen. 

Maurits Tofohr van Join Program.

Hoe Join Program cateringruimte halveert in kantoorgebouwen

Catering speelt een steeds grotere rol in het werven en behouden van personeel, maar neemt in gebouwen ook een significant aantal vierkante meters in beslag. Hoe ga je daar als gebouwenbeheerder mee om? 'Veel gebouwengebruikers willen de beschikbare ruimte immers optimaal inzetten voor het creëren van een ontmoetingsplek. Er komen minder werkplekken en er komt meer ruimte voor activiteiten die je samendoet. Dan scheelt het als je voor de keuken minder plek hoeft vrij te houden', zegt Maurits Tofohr oprichter van Join Program.