In de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen interviewt Vastgoedmarkt politici en prominenten uit de vastgoedwereld over de woningnood. Op 15 maart gaan de partijen met elkaar in debat in Nieuwspoort Den Haag. Dit is deel 6 in de serie met Songül Mutluer, aspirant Kamerlid voor de PvdA en momenteel nog wethouder Wonen en Bouwen in Zaanstad.
Vrijwel alle partijen roepen bouwen, bouwen, bouwen als antwoord op de woningnood, maar in hoeverre is er in jouw beleving sprake van een kwantitatief tekort of een herverdelingsvraagstuk?
‘Er is zowel echt een kwantitatief tekort aan woningen, als dat de weinige beschikbare woningen vaak ongeschikt of onbetaalbaar zijn. Tot 2030 komen we zo’n 330.000 woningen tekort. De woningnood is net zo groot als in de jaren '50. Voor een sociale huurwoning is een wachttijd van 11 of 12 jaar in veel steden eerder regel dan uitzondering. Maar ook in de middeldure huursector en voor betaalbare koop is het lang wachten. Het tekort laat zich voelen in alle segmenten. Laten we als politiek vooral geen struisvogelpolitiek meer bedrijven op dit thema.’
Het tekort is niet van vandaag of gisteren. Waar is het fout gegaan?
‘Met name het huidige kabinet Rutte heeft ernstig gefaald in het bijbouwen. Dat werd veel te veel overgelaten aan de markt, de overheid trok zich terug. Tegelijkertijd heeft de hele sector de afgelopen jaren ook last gehad van een tragere afgifte van vergunningen door crises met onder meer stikstof en PFAS.’
Onder meer de PvdA wil graag dat corporaties weer een grotere rol gaan spelen bij het oplossen van de woningnood. Kunnen zij die rol wel aan?
‘Als je kijkt naar het huidige tekort aan sociale huurwoningen, dan zou je dat deels kunnen ondervangen door bij de toewijzing niet alleen te kijken naar de inschrijfduur maar naar de mensen die ze echt het hardst nodig hebben. In onze regio gaan we dat onder meer doen door mensen extra punten toe te kennen voor actief zoekgedrag en voor spoedomstandigheden. Daarnaast kunnen corporaties ook hun bijdrage leveren aan het betaalbare middenhuursegment. Daarbij helpt de verhuurderheffing natuurlijk niet als je wilt dat corporaties een grotere rol pakken bij nieuwbouw, maar ook bij verduurzaming. Maar wij leunen niet alleen op de corporaties. Er moet ook meer betaalbare koopwoningen komen. Met een gemiddelde huizenprijs van 365.000 zorg je er niet voor dat er meer doorstroming is.’
Richten jullie de pijlen niet te veel op de particuliere huurmarkt met jullie zogeheten Prins Bernhardtax?
‘Feit is dat particuliere beleggers zo honderden betaalbare woningen kunnen opkopen die vervolgens uit het gereguleerde segment verdwijnen. Feit is ook dat particulieren woningen opkopen en die opknippen in hokjes van 18 m2 en daar dan vervolgens 1.500 euro voor vragen. Ik vind dat waanzin. Vandaar dat wij de vrije huursector veel beter willen reguleren, door het puntenstelsel van het wws verder door te trekken.’
Speelt de middenhuursector in jullie beleving überhaupt nog wel een rol?
‘Je hebt iedereen nodig om een groter woningaanbod te creëren. Het is ons alleen er om te doen om de vele excessen aan te pakken. Dan heb je het niet alleen over huisjesmelkers maar ook over speculanten die bouwgrond doelbewust braak laten liggen. We moeten met zijn allen een kwaliteitsslag maken. Niet alleen in aantallen maar ook in duurzaamheid en leefbaarheid.’
Jullie willen ook meer betaalbare koop en wijzen daarbij naar de Zaanse methode. Wat behelst die?
'Deze regeling komt er op neer dat de gemeente bepaalt in welke nieuwbouwproject betaalbare koopwoningen voor middeninkomens moeten komen. De ontwikkelaar kan in dat geval een beroep doen op het Zaanse Startersmodel. Het eigendom van de grond blijft in dat geval van de gemeente. Afhankelijk van het inkomen wordt de huur van de grond kwijtgescholden aan een bewoner. Van de stenen koopt de bewoner 65 procent. Hierdoor hoeft voor een woning met een verkoopprijs tussen 200.000 en 250.000 euro maar 100.000 euro hypotheek te worden verstrekt. Na tien jaar kan de inwoner het vol eigendomsrecht verkrijgen van de woning.'
Jullie pleiten voor meer betaalbare koop, het CDA ook; dat biedt perspectief.
‘Het werd tijd dat wonen echt weer op 1 kwam in de politiek. Wonen is wat ons betreft een grondrecht. Het is niet alleen een dak boven je hoofd, het is ook een plek om jezelf te ontwikkelen, in plaats van zoals nu, een plek waar je schulden opbouwt.’
Criticasters aan de rechterzijde benadrukken in programma’s vooral maatregelen die scheefhuur en toewijzingen van woningen aan migranten en statushouders moeten beperken. Hebben zij een punt?
‘Ik word vooral kwaad als ik dat soort dingen hoor. Het is goedkope retoriek waarmee partijen als de VVD en FVD proberen te scoren. Koerhuis wil notabene een kleinere sociale sector omdat er teveel goedkope scheefhuur zou zijn. Feit is dat er al passend wordt toegewezen, waarbij wordt gekeken naar het inkomen. Het bijbouwen van sociale huur is de enige reële optie om de druk op dat segment daadwerkelijk op te lossen. Van de sociale voorraad gaat amper een paar procent naar statushouders. Arbeidsmigranten belanden helemaal niet in het reguliere circuit, die komen noodgedwongen terecht in verkamerde beleggingspanden. Als het de VVD daadwerkelijk ernst was wat betreft de migratiedruk op woningmarkt, dan hadden ze daar de afgelopen 22 jaar wat aan kunnen doen. Met een korte onderbreking van vier jaar zaten ze steevast in het kabinet. In plaats daarvan koos die partij ervoor om alles aan de markt over te laten. Daar willen wij mee breken.’
Het Vastgoedmarkt verkiezingsdebat over de woningnood wordt exclusief uitgezonden voor abonnees van Vastgoedmarkt. Nog geen abonnee? Profiteer dan van deze kortingsactie!
Lees hier de andere interviews:
- Nicole Maarsen: ‘Niet over, maar mét de vrije huursector praten’
- Van Haga: ‘Woningnood door absurde eisen en trage ambtenarij’
- Bart van Breukelen: ‘Alles binnenstedelijk oplossen kan niet’
- VVD: meer ruimte voor bouwers en ontwikkelaars bij oplossen woningtekort
- ‘Nieuwe Vinexwijken zijn oplossing woningnood’ (CDA)