Zowel de foodsector als de non-foodsector realiseerde een hogere omzet. De omzetcijfers zijn gecorrigeerd voor de samenstelling van koopdagen in mei. Zonder deze correctie was de omzet van de detailhandel ruim 4 procent hoger dan in mei 2017. De omzet van de winkels in non-food groeide in mei met maar 0,9 procent. Dat is fors minder dan de plus van 4,6 procent die in april op jaarbasis uit de boeken kwam en even weinig als in februari 2018.
De winkels in doe-het-zelfartikelen, waaronder ook de keukenwinkels en bouwmarkten, realiseerden in mei de grootste omzetstijging met 4,7 procent. Ook de omzet van winkels in meubels en woninginrichting (1,9 procent), winkels in recreatieartikelen (1,1 procent) en drogisterijen (1 procent) groeide. Winkels in consumentenelektronica en witgoed (-1,3 procent, winkels in kleding (-2,1 procent) en winkels in schoenen en lederwaren (-8,3 procent) noteerden een omzetverlies.
Winkels in voedings- en genotmiddelen hebben in mei 4,5 procent meer omgezet dan in mei 2017. Het verkoopvolume steeg met 3,5 procent. De omzetgroei is volledig toe te schrijven aan de supermarkten. De omzet van de speciaalzaken bleef nagenoeg gelijk. Het verkoopvolume was bij de supermarkten hoger en bij de speciaalzaken lager dan een jaar eerder.
De online omzet lag in mei 13,5 procent hoger dan in dezelfde maand een jaar eerder. Webwinkels hebben 10 procent meer omgezet. Webwinkels hebben als hoofdactiviteit verkoop via internet. De online omzet van winkels waarvan de verkoop via het internet een nevenactiviteit is (multi-channelers) groeide met ruim 19 procent.