De Provinciale Statenverkiezingen zijn pas in maart 2023, dus tot die tijd zal Van Haaf zich met honderd procent blijven inzetten als gedeputeerde én als aanjager en ambassadeur van de Overijsselse aanpak, sinds 2019 in het coalitieakkoord. ‘Dat is toch mijn trots,’ vertelt ze. ‘Samenwerken, netwerken, investeren, naar elkaar luisteren, in kansen en oplossingen denken… Als onderdeel van het coalitieakkoord ‘Samen bouwen aan Overijssel’ zijn dat elementen van de Overijsselse aanpak die ook goed bij mij als mens en bestuurder passen. Juist omdat ik weet dat er al veel is bereikt en dat we met z’n allen iets blijvends en duurzaams hebben neergezet, kost het me geen moeite om weg te gaan.
Meer begrip
Een van de exponenten van de Overijsselse aanpak is de Overijsselse Woonkeuken, een podium waarop vertegenwoordigers van de provincie, gemeenten, bouwers, ontwikkelaars, corporaties, kennisinstellingen en architecten kennis ontwikkelen en delen over onder andere modulair, circulair, flexibel en duurzaam bouwen. ‘Het heeft tot meer begrip geleid voor elkaars belangen, problemen en uitdagingen en absoluut bijgedragen aan de versnelling van de woningbouw,’ verzekert Van Haaf. ‘Dat laatste geldt ook voor de Brede Bouwcoalitie, die is voortgekomen uit de Overijsselse Woonkeuken. Het is een denktank van ongeveer dertig professionals die concrete oplossingen bedenken voor problemen waar publieke en private partijen in de woningbouwsector in Overijssel tijdens woningbouwprojecten tegenaan lopen.’
Onderscheidende aanpak
IJs en weder dienende kunnen nog dit jaar de handtekeningen worden gezet onder de Regionale Woondeals West-Overijssel en Twente. Die voortvarendheid kan volgens Van Haaf evenmin los worden gezien van de veelgeroemde aanpak in Overijssel. ‘In dat verband is het natuurlijk een enorme tegenvaller dat de Raad van State onlangs een streep zette door de bouwvrijstelling. Illustratief voor de veerkracht, energie en can do-mentaliteit in Overijssel is dat Provinciale Staten een week later meteen vijf ton beschikbaar stelde, om gemeenten te ondersteunen bij het realiseren van de zogenaamde sleutelprojecten op woningbouwgebied.’
Toekomstbestendig bouwen
Binnen de Brede Bouwcoalitie werd bovendien onlangs de Expertisegroep Toekomstbestendig Bouwen in het leven geroepen. Van Haaf: ‘Modulair, flexibel, natuurinclusief, circulair, levensloopbestendig… De expertisegroep moet innovatieve ideeën ontwikkelen, die ervoor zorgen dat we de vaart erin houden op woningbouwgebied en de woningen bouwen die in kwalitatief en kwantitatief opzicht bijdragen aan een gezond leefklimaat in de provincie. Binnenstedelijk én in uitleggebieden, want het staat vast dat we de woningbouwopgave niet alleen op inbreidingslocaties binnen steden en dorpen kunnen oplossen. Gelukkig zijn er in Overijssel plekken genoeg waar een bestemmingswijziging de weg kan vrij maken voor duurzame, natuurinclusieve en landschappelijk goed ingepaste woningbouw.’
Goede basis
Het vergroten van de Overijsselse woningvoorraad is daarbij volgens de gedeputeerde geen doel op zich, maar op korte termijn een belangrijk onderdeel van het gezonde leefklimaat dat de provincie op de (middel)lange termijn voor ogen heeft. ‘Met de Overijsselse aanpak, die gericht is op samenwerken en netwerken, hebben we daar de afgelopen jaren al een goede basis voor gelegd. Ook bij het realiseren van dat gezonde leefklimaat, willen we als provincie niet boven de partijen staan maar ertussen: stimulerend, faciliterend en (co)financierend. In het verlengde van de Overijsselse Woonkeuken en het Aanjaagteam Wonen, kun je ook de Expertisegroep Toekomstbestendig Bouwen beschouwen als een integrale reactie op onze constatering dat de ruimtelijke opgaven steeds groter en complexer worden. De oplossingen die we samen bedenken en uitvoeren moeten nóg innovatiever, slimmer en beter geïntegreerd zijn. Anders gaat het niet lukken om alle ambities op het gebied van wonen, werken, natuur, klimaatverandering, energie, landbouw, duurzaamheid, mobiliteit en gezondheid te realiseren.’
Vier rode draden
Daarmee stipt Van Haaf met opzet de thema’s aan die een groot stempel drukken op de nieuwe Omgevingsvisie Overijssel die de provincie in 2024 wil vaststellen. ‘Sociale kwaliteit, gezondheid, ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid zijn de vier rode draden in het fundament voor de nieuwe Omgevingsvisie, dat GS afgelopen zomer heeft vastgesteld. We zijn toen ook tot de conclusie gekomen dat er vier urgente opgaven zijn die absoluut niet tot 2024 kunnen wachten maar op korte termijn om een besluit vragen. Denk aan de energietransitie, het herstel van het water- en bodemsysteem en de enorme woningbouwopgave.’
Meer plek voor beweging en ontmoeting
Hoe het gezonde leefklimaat in de provincie er in de toekomst ook uit komt te zien, Van Haaf is er van overtuigd dat de Overijsselse aanpak een belangrijke rol zal blijven spelen bij de realisatie van een gezonde en klimaatadaptieve leefomgeving, waarin mensen veilig, gezond en schoon kunnen wonen, werken, recreëren en reizen. ‘In het beleid voor de woon- en werkomgeving zal meer plek komen voor ontmoeting en zal de provincie initiatieven faciliteren die inzetten op meer bewegen. We zijn dus nog lang niet klaar, maar we kunnen in Overijssel rekenen op een stevig fundament én het vermogen om twee werelden - landelijk en binnenstedelijk - bij elkaar te brengen. Daarop kunnen we de komende jaren verder bouwen.’
Dit artikel is gesponsord door de provincie Overijssel.