Niet alleen voor Vastgoedmarkt, maar ook voor de commercieel vastgoedbranche in Nederland was zij decennialang een boegbeeld. Toch beschouwde zij zich niet als een ‘vastgoedvrouw’. ‘Dat ben ik niet’, zei ze keer op keer. ‘Ik zorg ervoor dat er genoeg geld binnenkomt om Vastgoedmarkt verder te laten groeien’. Bescheidenheid was slechts een van haar karaktertrekken. Ria Wijnberger was integer, discreet, altijd goed gekleed en uiterst vriendelijk. met aandacht voor de persoon tegenover haar.
Samen met Ria Wijnberger bezocht ik begin deze eeuw in Loosdrecht een zomerse zeilwedstrijd, onder meer georganiseerd door het toenmalige Troostwijk OG. Ria was op dat moment nog geen zestig jaar oud. Terwijl wij samen over de steigers liepen langs tientallen, veelal jonge makelaars, viel het me op dat er zachtjes en net niet gênant gefloten werd. Niet naar mij, natuurlijk, maar naar haar. Ria was - goed gekleed zoals altijd en op hoge hakken, zelfs op een warme dag in een jachthaven - met haar prompte boezem voor de aankomende vastgoedgeneratie ondanks haar wat oudere leeftijd een meer dan aantrekkelijke vrouw. Toen ik haar vroeg of ze die opvallende, typisch mannelijke belangstelling voor haar persoon niet vervelend of seksistisch vond, lachte ze me met haar bekende lach toe. ‘Nee, vervelend vind ik dat niet. Zolang ze maar niet aan me komen.’
Ria Wijnberger leerde ik in januari 2001 kennen bij mijn aantreden als hoofdredacteur van Vastgoedmarkt. Samen met eindredacteur Nel Meeder en de vastgoedtransactie-verwerver Petra Kooijman was zij de enige van het redactionele en commerciële team van het vakblad, die niet de overstap had gemaakt naar PropertyNL van ex-hoofdredacteur Wabe van Enk. Ria was wel gevraagd mee te gaan met de nieuwe titel – dus een concurrent van Vastgoedmarkt – maar door haar loyaliteit aan de uitgever Ten Hagen & Stam en de titel Vastgoedmarkt had ze besloten in ‘haar stad’ Den Haag te blijven.
Ria kende vrijwel iedereen
Ik was begin deze eeuw een volslagen nobody in de vastgoedsector, maar Ria heeft het me mogelijk gemaakt – samen met ‘mijn’ adviseurs Dirk Rompelman (de man die in 1974 Vastgoedmarkt oprichtte) en vastgoedprofessor in ruste Pé Kohnstamm - de belangrijkste vastgoedspelers binnen de kortste tijd persoonlijk te leren kennen. Ria kende vrijwel iedereen in de branche en vooral de personen die ertoe deden. En iedereen kende haar. Een betere introductie in het Nederlands vastgoed dan via Ria was er niet en zal er ook nooit meer komen.
In de meer traditionele journalistiek – waarvan ik voor mijn hoofdredacteurschap van Vastgoedmarkt lang deel uitmaakte – vroeg men zich af of ik mij dat journalistiek wel kon veroorloven: om zo nauw op te trekken met een accountmanager die als belangrijkste taak had advertenties – dus geld - binnen te halen. Was ons gemeenschappelijk optreden in de sector wel journalistiek verantwoord? Horen advertentieverkoop en exclusief nieuws vergaren niet nadrukkelijk te zijn gescheiden?
Chinese muren
Ria en ik vonden dat niet. Een vakblad als Vastgoedmarkt is een ander product dan het maken van een dagelijkse krant als de Volkskrant. Bij Vastgoedmarkt is de lezer ook de adverteerder. Natuurlijk hebben Ria en ik altijd ‘Chinese muren’ gehad tussen advertentie en redactie, maar vanuit mijn opvatting dat een vakblad er moet zijn vóór, dóór en mèt de markt, had ik er helemaal geen probleem mee om nauw met haar samen te werken om de kwaliteit en rendement van het blad zo optimaal mogelijk te laten zijn. Immers, de vastgoedsector heeft zich maar al te goed gerealiseerd dat het voortbestaan van een zo belangrijk blad als Vastgoedmarkt noodzakelijk was. Dat mocht dus ook wat kosten in de vorm van advertenties.
Onze nauwe samenwerking is zeker succesvol geweest. Via Ria kwam de redactie ‘overal’ binnen en meestal bij de personen die het meest ertoe deden. Dus de ‘mannen’ die bereid waren nieuws te verschaffen en mede door haar werd de redactie overlaadden met nieuwtjes, mogelijke interviews, achtergrondverhalen en voorstellen voor reportages. Maar de redactie realiseerde zich tegelijk dat een blad als Vastgoedmarkt alleen maar inhoudelijke kwaliteit kon leveren als er ook abonnementen en advertentieruimte werden verkocht. En vooral in dat laatste was Ria, met haar charme, zakelijkheid en vasthoudendheid, een ongekende meester. Ze werd bij haar afscheid bij Vastgoedmarkt dan ook terecht ‘een saleskanon’ genoemd. En ja, soms deden we aan koppelverkoop.
Zij had de gunfactor
Zo hebben Ria en ik vijftien jaar nauwgezet samengewerkt, eigenlijk als een voor sommigen koddige tweeling, waarbij ik me met de content bezig hield en Ria ervoor zorgde dat de advertenties binnen kwamen en de budgetten werden gehaald. En het waren jarenlang ook heel veel advertenties. Ria heeft er – vaak in haar eentje - voor gezorgd dat de Mipim-, Mapic- en Expo Real-specials van Vastgoedmarkt – die uiteindelijk hebben geleid tot de helaas weer verdwenen Engelstalige uitgave VGM Real Estate – soms evenveel advertentiepagina’s bevatten als redactionele. Zij had de optimale gunfactor, die toch al zo belangrijk is in het vastgoed.
Ria was boven alles een hartstochtelijke en enthousiaste vrouw met een ongekende energie, zoals ook de trouwe schare aan vastgoedgolfvrienden- en vriendinnen maar al te goed weet, als we een keer per jaar Spanje of Portugal aandeden om drie, vier dagen intensief samen te zijn met als excuus het ‘slaan van een balletje’. Een succesvollere en onvermoeibaarder vorm van verantwoord net- en samenwerken met Ria zal ik nooit meer meemaken. Zelfs toen ze al de pensioengerechtigde leeftijd was gepasseerd, wilde ze niet met werken stopen. Ze nam zelfs juridische stappen om de directie van uitgever Sdu zover te krijgen dat ze na haar 65ste kon doorwerken en in die zin staat ze aan het begin van een ontwikkeling die nu, tien jaar later, algemeen wordt geaccepteerd. Ze werkte gewoon door, totdat het twee jaar geleden ook voor haar genoeg was.
Wijn voor de schoonmaker
Ria was een vrouw die er niet van hield in het middelpunt van de belangstelling te staan. Dat ze door Dwire (Dutch Women in Real Estate) werd genomineerd als 'Vastgoedvrouw van het Jaar' vond ze onzin, maar vereerd was ze wel degelijk, net zoals ze bij haar afscheid van Vastgoedmarkt ontroerd was door de toekenning aan haar van de ‘Honorary Award Vastgoedmarkt’. ‘Ik ben geen vastgoedvrouw, maar accountmanager van Vastgoedmarkt’, bleef ze benadrukken. Die bescheidenheid was oprecht, ze vond het onzin, net zoals cadeautjes uit de markt, de zoveelste bos bloemen bij het zoveelste jubileum, of aanbiedingen voor allerlei etentjes. Flessen wijn die ze ontving, rond de jaarwisseling, gaf ze weg aan medewerkers van de uitgever of aan de schoonmakers op kantoor.
Toen een jaar geleden duidelijk werd dat Ria kanker had, was haar verslagenheid groot. Altijd had ze haar leven in vrijwel alle facetten kunnen controleren en plots kwam daar een einde aan. Toch besloot ze, zoals in haar karakter opgesloten lag, de uitdaging en de strijd aan te gaan. Heel even zag het er naar uit dat ze die slag zou winnen – zoals ze zo vaak tegen de verdrukking en vastgoedcrisis in haar budgetten had gehaald en die zelfs ruimschoots op het laatste moment wist te verhogen - maar vlak voor de zomer moest zij ook voor zichzelf toegeven dat ze de strijd aan het verliezen was. Die strijd tegen het onvermijdelijke voerde zij met kracht, met tranen, maar ook met de nodige humor.
Laatste appjes
Tot vlak voor haar dood bleef ik vrijwel dagelijks whatsappjes van haar ontvangen met de tekst ‘I’m still alive’. Terwijl ze eigenlijk geen bezoek meer wilde ontvangen en haar laatste levensdagen alleen maar met een klein groepje vrienden, vriendinnen en haar zoon David wilde beleven, bleef ze wel in de appjes en telefoontjes intense belangstelling tonen voor wat er in mijn gezin gebeurde, maar ook hoe het met de vastgoedmarkt was gesteld en meer specifiek, hoe het met Vastgoedmarkt ging. Ria ten voeten uit. Zo schreef ze me in een van haar laatste whatsappjes onder meer: ‘Intussen blijf ik me bezighouden met de uitspraak van Jeroen Lokerse (ceo Cushman & Wakefield, rdw) dat hun focus niet meer ligt op het vergroten van hun marktaandeel. Ik heb de mening van zijn voorganger daarover niet mogen vernemen.’
Toen ze te horen kreeg dat ik was gevraagd om een tekst te schrijven voor Vastgoedmarkt – vooruitlopend op haar onvermijdelijke dood – liet ze geschokt weten, daar niet van gediend te zijn. ‘Waar is dat voor nodig, Ruud?', vroeg ze me. 'Ik ben toch helemaal niet belangrijk geweest!’ Op mijn antwoord dat iemand als zij – die een onvergetelijke indruk heeft gemaakt op iedereen in het commercieel vastgoed van de afgelopen drie decennia – een waardig afscheid verdient in juist het blad waaraan zij haar hart had verpand, moest ze toch lachen: ‘Als je het maar uit je hoofd laat er iets over mijn privéleven in op te nemen. Dat gaat niemand iets aan. Ik weet je te vinden, als je dat toch doet!’ Ria Wijnberger kan gerust zijn, daar in het hiernamaals, waar dat ook maar is.
Makelaarsklasje met Chris Thünnessen
Ria was trouwens heel gesloten over haar leven voor de periode dat zij bij Vastgoedmarkt aan de slag ging. Het enige wat ze daarover wel eens vertelde was dat ze in een Haags makelaarsklasje heeft gezeten en in die periode al vastgoedmannen als Chris Thünnessen (Metterwoon) en de vader van Harry Hilders (Urban Interest) kende. En natuurlijk haar vrienden Jan Voerman en Robert ter Linden, die haar het afgelopen jaar voorgingen in de dood. Iets wat ze met veel verdriet en tranen probeerde te accepteren.
Vlak voor haar dood vertelde ik haar wat mijn mooiste momenten met haar waren, namelijk onze wandelingen over de Boulevard de la Croisette in Cannes, op weg van de ene borrel naar de volgende receptie tijdens de vastgoedbeurzen van de Mipim en de Mapic. Zij op haar hoge hakken, haar nauwsluitende jurk en haar onafscheidelijke glimlach. Een wandeling die altijd eindigde bij Chez Astoux met ‘fruits de mer’, als het even kon met Peter Driessen en Peter Paul Buys van Insignia/CBRE.
Glas pastis bij Chez Astoux
En dat ze dan – als we weer een paar vastgoedheren tegenkwamen, die haar altijd moesten zoenen – bij het verder lopen weer wat laatste roddels en geruchten wist te vertellen, die later vrijwel altijd bleken te kloppen. Ze vond het eervol en terecht dat Liesbeth Kramer van NVM haar een keer een wandelende vastgoedencyclopedie noemde. In haar laatste whatsappje schreef ze: ‘Ik droom ervan op jullie terras in Zuid-Afrika te zitten met een glas pastis. Het is al weer zo lang geleden dat we dat deden bij Chez Astoux. Dat moet dus gaan gebeuren ‘voordat ik naar boven ga’.
Met de dood van ‘onze Ria’ – de ‘Grande Dame’ van de vastgoedsector – wordt in menig opzicht een herkenbaar hoofdstuk voor de Nederlandse commercieel vastgoedsector definitief afgesloten. Ria wist dat. Ik - en met mij mijn gezin - zal haar nooit vergeten, net als alle redactieleden en medewerkers van Vastgoedmarkt. En de vastgoedsector heeft haar overigens het afgelopen jaar evenmin vergeten, getuige de vele briefjes, mailtjes, bloemen en andere vormen van belangstelling en medeleven die zij op haar ziekbed in haar Haagse hospice mocht ontvangen. Want de ‘moeder’ en de ‘Grande Dame’ van het Nederlands vastgoed verdient het nooit te worden vergeten.
Over de auteur:
Ruud de Wit is voormalig hoofdredacteur van Vastgoedmarkt.
Dit In memoriam verschijnt in de januari-editie 2019 van Vastgoedmarkt.