De sector dreigt als zij niet oppast tegen de grenzen van het eigen succes aan te lopen. Vastgoedpartijen zullen een antwoord moeten vinden op de groeiende weerstand tegen de dreigende 'verdozing' van Nederland.
Aanleiding voor de discussie vormt de recente aankondiging van het College van Rijksadviseurs een onderzoek te starten naar de mogelijk schadelijke gevolgen van de verdozing van het landschap. Landschapsarchitect Berno Strootman, één van de drie leden van dit College, zal aanschuiven bij het rondetafelgesprek evenals Richard Elich, business development manager DHG en René Buck, ceo BCI Global. Gespreksleider is Erik Wiegerinck, senior redacteur Vastgoedmarkt.
Het onderzoek van het College richt zich met name de groei van de super oversized distributiecentra, ook wel XXL DC’s genoemd. Met oppervlaktes van zo’n 40 duizend vierkante meter of meer staan ze als enorme, raamloze dozen in het landschap, aldus het College. En dat landschap is juist zo belangrijk voor recreatie, natuur en als (internationale) vestigingsvoorwaarde. Bovendien is elke vierkante meter hard nodig voor de verduurzaming van de landbouw.
Snelle groei
De snelle groei van de XXL DC’s is het meest zichtbaar in Noord-Brabant, waar logistieke hotspot Tilburg-Waalwijk de nationale koploper is. Begin 2017 telde Nederland maar liefst 28 miljoen vierkante meter aan logistiek vastgoed. En die groei zet door. Het totale vloeroppervlak van de distributiecentra is de afgelopen vijf jaar met twintig procent gestegen, mede veroorzaakt door de groeiende populariteit van het online shoppen.
Om meer zicht te krijgen op wat er nu precies gebeurt, wat er nog in de pijplijn zit, wat de trends zijn, wat precies de ruimtelijke impact is van de verdozing, welke sturingsmechanismen er zijn en wat we kunnen doen om deze ontwikkeling in goede banen te leiden, is het College van Rijksadviseurs een onderzoekstraject gestart.
Niet voor het eerst
Het is niet voor het eerst dat logistieke centra weerstand oproepen. In de hoogtijjaren vóór de val van Lehman Brothers trokken ook veel bestuurders hun neus op voor saaie dozen. ‘Want distributiecentra vreten ruimte en bieden slechts een handvol laagwaardige arbeidsplaatsen’, was de teneur. Vervolgens kwam de crisis, liep de werkloosheid op, raakten gemeenten hun grond aan de straatstenen niet meer kwijt en werden de spaarzame logistieke projecten overal met open armen ontvangen.
Het werkgelegenheidsargument is allang weer achterhaald. Logistieke centra weten van gekkigheid niet meer waar ze de mensen vandaan moeten halen. Er werken ook veel meer mensen in dan vroeger, zeker in de ‘value add’ en e-commerce magazijnen. Beschikbaarheid van arbeid vormt zelfs het doorslaggevende selectiecriterium bij de locatiekeuze.
Ondertussen lopen de bedrijventerreinen vol. Bestuurders kunnen het zich politiek weer uitstekend permitteren om kritisch te zijn over de vraag welke bedrijvigheid zij al dan niet binnen hun grenzen wensen te accepteren.